Verweving tussen landschap, gebouwen en interieur is het hoofdthema in het ontworpen ensemble van gebouwen en landschap op de Achmea Campus in Apeldoorn. ‘Werken in het groen’ voor de 4000 werknemers was een centraal uitgangspunt van de opgave die de opdrachtgever ons stelde.
Op het perceel stond al een groot gebouw van Achmea met grote open parkeerterreinen rondom. Het achterste deel van
het perceel was een verwilderd bos. De gevraagde nieuwbouw paste -in compacte vorm op een parkeergarage- goed op het voorste deel in aansluiting op het bestaande gebouw. Wij kozen echter voor een ensemble van lage gebouwen, zoveel mogelijk verspreid over het terrein. Het bestaande bos werd enigszins uitgedund en op het lege voorterrein werden juist extra bomen geplant. De gebouwen zijn ontworpen met optimaal contact tussen interieur en omgeving: werken op een campus.
Het terrein van de Achmea Campus ligt precies op de overgang tussen de hogere zandgronden van de Veluwe en de lager gelegen, meer kleihoudende akkerbouwgronden. De Veluwe dringt met zijn uitlopers het terrein binnen. In het landschapsontwerp voor de Campus is het Veluwse landschap uitvergroot.
De relatief lage gebouwen zijn subtiel op het terrein geplaatst, waardoor zij de buitenruimte omarmen: Tussen de gebouwen ‘vloeit’ een doorlopende groene ruimte met een variatie in sferen en wisselende doorkijken. Er is een ordening van hoofd- en subruimtes die in elkaar overvloeien. De belangrijkste doorgaande ruimte loopt van de representatieve groene zone aan de Laan van Malkenschoten, naar de entreeruimte bij het vergadercentrum, vervolgens glooiend omhoog naar het houten deck met de terrassen van het restaurant vanwaar het overgaat naar het bos.
De gebouwen zijn heel bewust laag ontworpen, zodat alle werknemers zo dicht mogelijk bij het landschap werken.
Het landschappelijke terrein is niet alleen bedoeld om naar te kijken; het is ook vooral ontworpen om zoveel mogelijk gebruikt te worden voor ontspanning en werken. Op terrassen, aan verspreid staande tafels en steencirkels kan worden gewerkt in het landschap. Twee paviljoens zijn ‘stand-alone’ vergaderkamers in het bos.
De 2700 auto’s zijn verspreid over het terrein geplaatst, met behoud van de landschappelijke kwaliteit. Werknemers zullen op enige afstand van het ‘eigen’ gebouw parkeren en lopend naar de werkplek gaan. Hoewel er luchtbruggen en verbindingsgangen tussen de gebouwen zijn ontworpen, is onze verwachting dat bij goed weer een groot deel van de mensen gebruik zal maken van de paden in het landschap, niet in de laatste plaats omdat dit een zeer aangename wandeling zal zijn.
Door dit dagelijks gebruik van het landschap komt het Campusconcept optimaal tot zijn recht. Daarmee wordt een unieke, onderscheidende werkomgeving voor de 4000 werknemers gemaakt.
Ook de gebouwen zijn door ADP ontworpen. Voor meer informatie over deze gebouwen verwijzen we door naar de pagina’s van de projecten. In het ontwerp van de gebouwen is optimale verweving met het landschap gezocht:
De kantoorgebouwen hebben meanderende bandramen waardoor vanuit het interieur een breed perspectief op de omgeving zichtbaar is.
In het ‘logistiek gebouw’ is het interieur van het enorme reprocetrum, de postkamer en een personeelsbar met een volledig glazen gevel in het bos geplaatst. Medewerkers van de repro, die tot nu in de kelders van het beroemde gebouw van Centraal Beheer werkten, zullen voortaan hier hun machines in de idylle van een Veluws bos bedienen.
In het ontmoetingsgebouw is de verweving tussen gebouw en landschap tot een hoogtepunt gebracht. De entreehal, het restaurant en het vergadercentrum zijn letterlijk verweven met het glooiende Veluwse landschap.
De paviljoens reageren volledig op hun omgeving.De vergaderkamer ligt als een nis aan de rand van de oase van het licht.