De stedenbouwkundige hoofdopzet van het plangebied is zeer duidelijk over de plaatsing van de bouwvolumes. De regels voor het grondgebruik en de eis van ‘transparantie’ in de richting oost-west leiden bij een hoge concentratie van kantooroppervlak – zoals hier het geval is – vanzelf tot een schijfvormige bebouwing dwars op het Merwedekanaal. Voor de nieuwe kantoren hebben wij aan de snelweg een hoog baken ontworpen, waarin het hoofdkantoor is
ondergebracht (9000 m2), en drie kleinere en lagere kantoorvolumes voor de zogenoemde ‘werkhuizen’ (elk 6000 m2). De vier volumes zijn geplaatst op het dek van een verdiepte parkeergarage (circa 350 parkeerplaatsen), die in principe het gehele grondvlak beslaat. Op het dek bevinden zich aan de straatzijde de ingangen en nog vijftig parkeerplaatsen. Aan de waterkant is het dek gedeeltelijk beloopbaar en beplant.
De gebouwen zijn gekoppeld door een ‘binnenstraat’. Die binnenstraat eindigt in een grote hal waaraan het restaurant en het vergadercentrum liggen.
In de architectonische uitwerking van de bouwvolumes is gestreefd naar optimale diversiteit van de ‘werkhuizen’ binnen het gegeven van een identieke plattegrond, eenzelfde hoofdvorm en zoveel mogelijk dezelfde gevelelementen. Om dit te bereiken hebben wij de gevel letterlijk als een schil opgevat, waarbij het gevelmateriaal per vlak kan verschillen. Door de verschillende materialen in de toren te laten terugkeren, wordt er niet alleen een verband gelegd met de laagbouw, maar ontstaat ook een ranker, meer plastisch volume. Vaak wordt geprobeerd een Nederlandse toren op een Amerikaanse toren te laten lijken: een volume
dat onder breed is en naar boven toe versmalt, waardoor de illusie wordt gewekt dat het gebouw hoger is. Het miniatuur dat hiermee ontstaat is op zijn hoogst aandoenlijk, maar nooit overtuigend. In het ‘spel met de zwaartekracht’, waar het bij torens over gaat, is het veel interessanter om het Amerikaanse principe om te draaien, en het gebouw beneden smaller te maken dan boven. Een beetje zoals een gebalde vuist of een knotwilg.
De eenheid van het complex wordt gewaarborgd door het gebruik van materialen met een natuurlijke uitstraling: twee tinten gebakken steen en helder glas, ondersteund door hout en koper voor kleinere onderdelen zoals erkers, luifels, tourniquets en deuren.