Het masterplan voor Overhoeks van Geurst&Schulze wordt gekenmerkt door een hoge mate van architectonische articulatie. Daarom hebben wij, samen met de andere architectenbureaus (o.a. Tony Fretton, Jo Coenen, Mecanoo) de eerste maanden van het ontwerptraject besteed aan het zoeken naar de ruimte voor individuele interpretatie van het stedenbouwkundig plan. Wij hebben besloten ons exact te houden aan de voorgeschreven ‘zoning’, en de individuele expressie te zoeken in materiaalgebruik en architectonische detaillering.
Voor ons blok ‘De Europa’ voerde dit naar een gevelbekleding van wit natuursteen (uit Thassos). Alle gevelonderdelen zijn hiermee bekleed,
dus ook vloer- en balkonranden, zodat het hoofdvolume goed afleesbaar is. De ‘uitsneden’ van de balkons en loggia’s zorgen voor een karakteristieke plastiek. De bouwmassa’s hebben een terrasvormige opbouw vanaf de 5e laag met veel aandacht voor de zogenaamde ‘vijfde gevel’. De platte daken zijn zoveel mogelijk benut voor terrassen en daktuinen, zodat er een interessant daklandschap ontstaat. De opbouw van de gevels is rustig en gevarieerd met royale ramen.
Het gebouw toont zich bij de eerste aanblik als een ‘klassiek’ modernistisch appartementengebouw, maar blijkt, bij nadere beschouwing, tal van transformaties daarvan te bevatten: asymmetrie, niet strikt functioneel noodzakelijke constructieve uitkragingen, etc., waardoor het de blik lang vasthoudt.
